WMD

Schoon water is niet altijd vanzelfsprekend geweest. In de 19e eeuw ontstond met name in de grote steden door groei van de bevolking, slechte woonomstandigheden en de opkomende industrie een zodanige vervuiling van het oppervlaktewater, dat het niet meer geschikt was als drinkwater. Regenbakken, putten en pompen konden onvoldoende schoon water leveren hetgeen leidde tot sterfte als gevolg van cholera. Zo ontstonden er in de steden bedrijfjes, die water in flessen verkochten. Op het platteland is in sommige streken nog lang gebruik gemaakt van het oppervlaktewater uit vaarten en sloten. Vooral in de omgeving van de Kolk kwam dit voor. De woonomstandigheden waren er slecht. Goed water moest men halen uit de houten pomp in de tuin van dokter Prins aan de Brink (links van de pizzeria op de Markt), een wandeling van zo'n 200 meter. Velen gebruikten dan ook het regenwater dat zij opvingen, of zelfs het water uit de vaart. Uiteraard huisden daar veel ratten en er werden nogal eens dode dieren in het kanaal gegooid, zodat dit water uiterst ongezond was om te gebruiken. De typhus-epidemie in de zomer van 1917 greep hier flink om zich heen en zelfs kwam er cholera voor.

In 1894 kreeg Meppel als eerste plaats in Drenthe een waterleiding. Assen volgde in 1897, Coevorden in 1915 en in 1927 kreeg Hoogeveen als laatste van de vier grote plaatsen in Drenthe een waterleiding. Toch maakte 78% van de bevolking nog steeds gebruik van de put, de pomp of de regenton. De WMD is opgericht op 17 december 1937 en ging van start in de gemeente Emmen. In de loop der jaren kwamen daar de andere gemeenten bij. In 1943 kreeg Beilen een waterleiding. In 1989 is als laatste de gemeente Hoogeveen toegetreden.

In 1912 werd in de molenberg van de (niet meer bestaande) molen in de Molenstraat de eerste nortonput van Beilen geslagen, waardoor van een diepte van 40 meter helder water kon worden opgepompt. Nortonpompen zijn welpompen met diep in de grond gedreven op elkaar geschroefde ijzeren buizen, genoemd naar de Engelse ingenieur Norton.

Later werd het terrein waar nu de WMD zit als waterwingebied in gebruik genomen. Wat nu het terrein van de WMD is, was vroeger in gebruik door het Beileroord. Er waren hier onder andere sportvelden waar ook de scholen toen gebruik van mochten maken.

WMD gebruikt grondwater om drinkwater te maken. Het grondwater pompen wij uit de diepe grondlagen omhoog in onze waterwingebieden. De grond is een groot filter. Grondwater is ooit als regen of sneeuw naar beneden gevallen. Het water is door de aardbodem gesijpeld en begon een ondergrondse reis van tientallen tot honderden jaren tot de plaats waar we het nu winnen. De bodem werkt als een filter. Onder de grond is geen zuurstof en de bodem heeft een constante temperatuur van ongeveer tien graden Celsius. Daardoor is grondwater vrij van stoffen die ziekten veroorzaken.

WMD pompt grondwater omhoog en vervoert het naar de drinkwaterproductiestations. Daar wordt het grondwater gezuiverd tot kwalitatief goed drinkwater.

In de Drentse waterwingebieden combineert WMD de winning van drinkwater uit de bodem met de ontwikkeling van natuur en landschap. Ieder gebied heeft een unieke mix van planten en dieren. In onze gebieden zijn een aantal Rode Lijstsoorten opgemerkt. Dat zijn zeldzame, kwetsbare of bedreigde wilde plant- en diersoorten.

Lees verder